in 1990 schreef thony een
'praatpapier voor docenten volwassenen-educatie':

Enkele gedachten over taalvorming / taaldrukken

De Kunstzinnige Vorming bestaat uit zes disciplines: Dramatische, Dansante, Muzikale, Beeldende, Audio-Visuele en Literaire Vorming ... taaldrukkers willen deze laatste liever Taalvorming noemen, omdat die naam minder elitair overkomt.
Onder Taalvorming valt elke manier van omgaan met taal, of die nu omschreven wordt als: taalexpressie, creatief / zakelijk schrijven, spelen met woorden, vertellen, voordragen, verbale expressie, boekbespreking, literaire kring, dichten of taaldrukken ...

wat wil je van me
dat ik wat zeg
ik weet niks
van belang,
tòch ...
ja, ervaring heb ik wel veel.

Taaldrukken is zeggen en schrijven wat je op je hart hebt, is je bloot geven zonder je naakt te voelen en zonder in je hemd te staan, met taaldrukken kun je lezen en schrijven, of ook wel, taaldrukken is het vastleggen en vermenigvuldigen van de woorden en beelden, waarin iemand zijn of haar ervaringen uit, waarbij de nadruk ligt op de vraag of er uitkomt wat je bedoelt te zeggen, meer dan op de vragen of het er in perfekt nederlands staat en of het (stilistisch gezien) misschien beter zou kunnen.

wat voeren taaldrukkers uit met
je   hoofd   en   hart,
dat     er     plots
woorden ontstaan
gedichten ...
niets, je doet het allemaal zelf.

Als de deelnemers aan een bijeenkomst allen lid zijn van 'n groep die ergens aktie voor of tegen wil ondernemen, is het duidelijk vanuit welk onderwerp je gaat werken met die club. In (bijna) alle andere gevallen is de onderwerpkeuze niet zo vanzelfsprekend; komt een groep éénmalig, of volgen de leden een kurzus van tien-twaalf bijeenkomsten, kennen en vertrouwen de groepsleden elkaar (hoe groter de veiligheid, hoe zwaarder de emotionele geladenheid van de ervaringen kan zijn, van waaruit gewerkt wordt).

Wat we in een kursus proberen te bereiken, is dat de deelnemers een aantal vaardigheden verwerven (of vergroten):

  • Beter om je heen kijken en onder woorden brengen wat je ziet. Ogenschijnlijk onbelangrijke details maken een verhaal interessant.
  • Leren hoe je een verhaal kunt maken. Elke ervaring is 'n verhaal,als je het weet te vertellen.
  • Mogelijkheden op het gebied van schrijven vergroten. Als je iets verteld hebt, is het gemakkelijker op te schrijven (als je tenminste dezelfde taal gebruikt).
  • Je krijgt plezier in de taal als kommunikatiemiddel als het verhaal van een ander herkenning bij je oproept.
  • Leer vertrouwen op wat je kunt, in je eigen kunnen. Zelfvertrouwen opbouwen is een langzaam en kwetsbaar proces; jóúw éígen tekst gedrukt in handen hebben is een hulpmiddeltje.
  • Een mooi boek maken is iets om trots op te zijn. Of een affiesje, muurkrant ...

De deelnemers leggen zelf verbindingen tussen taal en sociale vaardigheden. Het luisteren naar elkaars verhalen ontaardt slechts zelden in grapjes ten koste van de verteller of anderen.

Om mooie dingen te maken, hetgeen alle deelnemers willen, bieden we altijd maar één of twee druktechnieken aan, méér vermenigvuldigingsmethoden werken alleen maar verwarrend.

Om een opgeroepen ervaring duidelijk te krijgen, dient elke bijeenkomst 'n bepaalde opbouw te hebben: het is (het vragen naar) het detail wat iets voor 'n ander verklaart.

In verband met aansluiting op lopende programma's is het nodig om vooraf overleg te hebben met begeleiders.

Als dit vragen in je oproept, stel ze volgende week. Daarvoor is die introduktiebijeenkomst ook afgesproken.

groet, thony.