Door een of andere oorzaak wordt het vel vuil of smoezelig tijdens het drukken of wanneer het uit de machine komt. Als de randen (spijkerrand of facet) van clichés omhoog staan, worden ze meegedrukt; als de clichés te hoog zijn aangebracht, kan het wit af en toe ook meedrukken (de blanke gedeelten van de vorm geven ook inkt af); als de schoondruk nog niet geheel droog is, kan de inkt bij weerdrukken overzetten (dit kun je voorkomen, door het bovenste leggervel met olie in te wrijven of door antimaculepapier te gebruiken; als een zijde van het papier meermaals bedrukt moet worden (in de snelpers), kan nog vochtige inkt de borstel vervuilen, die geeft z'n vuil door, of krast de afdruk kapot.