De werkzaamheden die moeten worden uitgevoerd om van losse vellen een boek te maken (door middel van draad, garen, kleefstof of anderszins. Ook het in een omslag steken van deze verzamelde bladzijden). In het binden worden vier hoofdsoorten onderscheiden: Tot katernen gevouwen vellen kunnen (1) genaaid gebonden worden, of (2) garenloos gebonden. Losse vellen kunnen worden (3) gehecht door de rug, de cahierbinding is daarvan een genaaid voorbeeld, alle vellen vormen één katern, of (4) gehecht door het plat, japanse binding is daarvan een voorbeeld met draad.
Er zijn nog veel andere bindmanieren, waarvan de spiraal, de spiraalband, wire-o, de klemband of lijst, velobind, de plastic kam en de ringband er een aantal zijn. Enkele daarvan zijn eigenlijk opbergbanden. (zie verder het hoofdstuk binden / afwerken)