de adem van het woestige pimpelmeesje rook (zelfs voor mij, op een behoorlijke afstand) enigszins ciderig, en het vrouwtje maande hem (de roezige snoever) met haar zonnigste twinkeltiereliertje tot matiging (is dat al niet een beetje te laat, mevrouwtje?), want ze had bemerkt dat deze vogelkooi niet alleen maar vol lag met nestbouwmateriaal en spullen voor de speeltuin van hun toekomstige kinderen, maar dat dat grote beeld de ogen open had gedaan en hen in de gaten hield - met die grote wezens moest je oppassen, want hadden die hun hele familie niet gekooid en vergiftigd ...
toen ik tot overmaat van ramp ook nog met mijn hoofd ging bewegen, was voor haar de maat vol, ze stootte een paar korte akkoorden uit, welluidend als haar stem klonk, het bevel was onmiskenbaar en de betekenis duidelijk genoeg: de woning beviel dan wel, maar ze wilde er pas intrekken als die grote doodsboom voorgoed vertrokken was - manlief, verloofde moet ik waarschijnlijk zeggen, want pas na de eerste leg wordt onder zangvogels volwassenheid erkend, begreep dat hij met het vinden van het huis een half pluspunt geskoord had (maar een half, omdat het niet vrij van bewoning over te nemen was, foutje van de makelaar), maar dat halve punt was-ie waarschijnlijk ook weer kwijtgeraakt, omdat hij al aan het feesten geslagen was vóór het koopkontrakt was getekend (en er stellig konkreet ingehuisd was) ...
morgen beter z'n best doen, want de tijd voor eieren was toch al wel behoorlijk op z'n eind aan het lopen, hoewel het weer daar niet al te heldere boodschappen over afgaf...[naschrift, geen voorschrift] - de pimpelmezen hebben waarschijnlijk
elders onderdak gevonden, 't is rustig hier zonder dat gekwebbel ...
invisibletextandall